12.3.08

Plot

Geschiedenisleraar Daniel Dunne werkt in een arme, zwarte buurt in Brooklyn. Op een dag betrapt Drey, een van zijn leerlingen, haar leraar terwijl hij in het toilet crack zit te roken. Het blijkt dat Daniel al een hele tijd worstelt met een drugverslaving die steeds meer van hem eist. Drey heeft medelijden met hem en de twee bouwen een bijzondere vriendschap op.
(bron: moviemeter.nl)

Titel

Opdracht:

a. Naar wat verwijst de titel van de film volgens jou?
b. Zoek de betekenis van de titel op internet.

Thema 1: geschiedenis

Volgens Mr Dunn is geschiedenis:
1) verandering in de tijd
2) een spel van tegengestelde krachten
3) meer dan feiten alleen

Opdracht: discussie

a. Geef je mening over de bovenstaande stellingen. Argumenteer en geef voorbeelden.


Thema 2: blank & zwart : Civil Rights Movements

Enkele leerlingen geven in de film een presentatie over acties van de Civil Rights Movement.

Opdracht:


a. Lees de onderstaande informatie over deze beweging en bekijk het filmpje van
You Tube.

b. Wie was Rosa Parker?
c. Welke rol speelde Martin Luther King in deze beweging?

De Civil Rights Movement was actief vanaf de jaren 60, het decennium van de strijd voor gelijke rechten. Ondanks de afschaffing van de slavernij, waren de Verenigde Staten op dat moment een gesegregeerde samenleving. Veel wetten discrimineerden de zwarte bevolking, die vaak met geweld gedwongen werd om de wetten na te leven. In de eerste helft van de 20e eeuw waren er al gelijkerechtenbewegingen en zwarte vakbonden, zoals de NAACP (National Association for the Advancement of Colored People), maar pas na de Tweede Wereldoorlog werd de strijd voor de gelijke rechten feller. De Afro-Amerikanen, die 10 procent van de gehele Amerikaanse bevolking uitmaakten, werden nog steeds als tweederangs burgers beschouwd. Officieel bestond er in het Noorden, volgens de wet geen discriminatie of segregatie. Maar de zwarte mensen werden op talloze manieren gediscrimineerd. In het zuiden was de situatie nog slechter. De Civil Rights Movement protesteerde tegen al dat onrecht en eiste een gelijke berechtiging voor blank en zwart.

_______________

Thema 2: blank & zwart: Board of education

Een andere leerling geeft een presentatie over de zaak van reverend Brown vs. The board of education. Kijk naar het achtergrondfilmpje hieronder.

Opdracht

a. Waarom kon Linda Brown niet naar de school die ze verkoos?
b. Wat deed haar vader hieraan?
c. Hoe liep deze zaak af? Zoek (eventueel) bijkomende informatie via het Internet.

Thema 2: blank & zwart: Dan vs. Frank

Op een bepaald moment komt het in de film tot een confrontatie tussen Dan en Frank ...

Opdracht

a. Wat gebeurt er hierna?
b. Wat zegt Frank over de relatie tussen huidskleur en onderwijs? (Tip: A1)
c. Zag je in de film nog andere voorbeelden van spanningen tussen blank en zwart?

Thema 3: Relatie leerkracht-leerling

In het onderstaande fragment staat de relatie tussen leerkracht Dan en leerling Drey ter discussie. Ook op andere momenten in de film stellen de personages de verhouding tussen Dan en Drey in vraag.

Opdracht: online debat

a. Lees de citaten en bekijk het filmpje.

b. Wat vind je van de relatie tussen Dan en Drey? Hoe ver mag een relatie tussen een leerkracht en een leerling gaan? Klik hieronder op 'reacties' en geef je eigen mening.

Citaten:

Frank tegen Drey: 'Is de relatie tussen jou en je leerkracht niet ongepast?'

Dan: 'De leerlingen houden me gefocust.'

Dan: 'Wij houden de leerlingen gezond.'

Dan tegen Drey: 'Ik ben je leerkracht, niet je vriend.'
.

Thema 4: Drugs

Het thema drugs speelt een belangrijke rol in de film. Verschillende personages komen er rechtstreeks en onrechtstreeks mee in contact.

Opdracht

a. Welke personages komen in de film met drugs in aanraking?

b. Hoe beïnvloedt dat hun leven?

c. Wat is hun houding tegenover drugs?

d. Welke andere vormen van verslaving komen in de film aan bod?

e. Wat zou je doen als je je leerkracht onder invloed van drugs op het toilet zou terugvinden?


Interessante links

http://www.drugsinfo.nl/
http://www.druglijn.be/
http://www.hoeveelistveel.be/

Thema 5: Dialectiek

Theorie

De term dialectiek heeft een lange geschiedenis in de traditie van het westerse denken en verwijst globaal genomen naar twee dingen:
  1. Een redeneervorm die via tegenstellingen naar de waarheid probeert te zoeken.
  2. De opvatting dat de wereld verandert en zich ontwikkelt door tegenstellingen. -> Dit idee maakt deel uit van de metafysica (de filosofie van het zijn).

    Het woord dialectiek gaat terug op het Griekse dialegomai, wat ‘converseren’, ‘dialoog’ of ‘dialect’ (de taal van het volk) kan betekenen. Door Aristoteles heeft het begrip dialectiek vaste vorm gekregen. Hij beschouwt het als de tegenhanger van de retorica (de kunst van het overtuigen van anderen). Voor de Griekse filosoof heeft dialectiek te maken met het integer zoeken naar waarheden. Een dialectische redenering bereik je volgens Aristoteles door vanuit algemeen aanvaarde stellingen een andere bewering tegen te spreken.
    De dialectiek is ook een belangrijk onderdeel in de werken van de negentiende-eeuwse filosofen Hegel en Marx. Voor hen is dialectiek een term die gebruikt wordt voor het denken vanuit twee polen (these en de antithese). De tegenstelling tussen these en antithese wordt in hun redenering opgeheven door de synthese. Deze triade (these-antithese-synthese) is door de Duitse filosoof Fichte voor het eerst zo onder woorden gebracht en wordt door de Marxisten aangenomen als een handige en bondige samenvatting van Hegel.

    (Bron: http://www.wikipedia.org/)
Opdracht:

a. Bekijk onderstaand filmfragment.

b. In de film legt Dan het begrip dialectiek uit aan de hand van een metafoor.
Vind je de vergelijking geslaagd?

c. Een van de tegengestelde krachten in de film is de verhouding tussen blank en
zwart. Welke andere tegengestelde krachten komen in de film aan bod?

Personages: de anti-held

Theorie:

Een antiheld is een personage in een roman, film of toneelstuk dat de heldenrol vervult of probeert te vervullen, maar waarbij de typische kenmerken van de held ontbreken. De klassieke held, is mentaal sterk, eerbiedwaardig of machtig. De anti-held is daarentegen onbetekenend, passief, nederig of zelfs onnozel. Terwijl de klassieke held onze bewondering moet opwekken, wekt de anti-held vooral medelijden of hooguit begrip op. Hij kan wel dikwijls rekenen op de sympathie van de omstanders en van de lezers of kijkers.
Bekende voorbeelden uit de literatuur zijn Reinaert De Vos en Don Quichote. Enkele voorbeelden van antihelden in stripverhalen zijn Guust Flater, Kiekeboe, Lambik uit Suske en Wiske en Jon uit Garfield.

Opdracht:

a. Wie vervult de rol van anti-held in Half Nelson? Leg uit.

b. Geef zelf nog enkele voorbeelden van anti-helden.